Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Zeil voorbij de horizon, verhalen van de Gran Terre
Zeil voorbij de horizon, verhalen van de Gran Terre
Zeil voorbij de horizon, verhalen van de Gran Terre
Ebook155 pages1 hour

Zeil voorbij de horizon, verhalen van de Gran Terre

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

Tengs korte verhalen die in de Gran Terre spelen, van de monnik die een djinna beminde tot waarom het minder raadzaam is met naaldhakken over een gemzenpad te rennen. Vraatzuchtige monsters en vurige liefde: wat wil een mens nog meer?
Je vindt hier ook vijf hoofdstukken als voorpublicatie van GEBROKEN HEMELS, Gran Terre 3.

LanguageNederlands
PublisherTais Teng
Release dateNov 17, 2013
ISBN9781311072788
Zeil voorbij de horizon, verhalen van de Gran Terre

Read more from Tais Teng

Related to Zeil voorbij de horizon, verhalen van de Gran Terre

Titles in the series (4)

View More

Related ebooks

Reviews for Zeil voorbij de horizon, verhalen van de Gran Terre

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Zeil voorbij de horizon, verhalen van de Gran Terre - Tais Teng

    Voorbij alle horizonnen liggen de landen van de Gran Terre, de Wijdere Wereld. Het zijn immense continenten met steden van een miljard inwoners. Kathedralen reiken daar zestien mijl de hemel in en iedere bedelares kan een vermomde godin zijn, met heel speciale ideeën over de juiste grootte van een aalmoes.

    Al onze landen en oceanen zijn voor Gran Terranen niet meer dan miezerige eilandjes in een binnenzee.

    Alleen de schaduwschepen van de Hanze kunnen door de vouwen tussen de werelden varen. Ze arriveren met ruimen vol drakeneieren en vurige salamanders in asbestpotten. Er zijn kisten met lokfluitjes om doden uit hun graf te roepen, sjaals die je een half uur onzichtbaar maken. Op de terugreis nemen ze uzi’s mee, Barbies om als voodoopop te dienen, armbanden van het kostbaarste plastic.

    Onze wereld, de Oudlanden, vormen de naaf van dat reusachtige wiel van continenten. Hoe verder je de Gran Terre in reist, hoe krachtiger magie wordt. Bovendien is er nog een tweede effect: naar het noorden toe verloopt de tijd steeds sneller terwijl hij diep in het zuiden zo goed als stilstaat.

    De drie oeluks zijn de beschermers van de Hanze en kunnen opgeroepen worden in tijden van uiterste nood. Maar bedenk je drie maal voor je hun hulp vraagt. Het is vaak als de haai smeken om je tegen de snoek te beschermen.

    Marek neemt in zulke noodsituaties de persoonlijkheid van Björn Bloedzwaard aan, een berserker met een voorliefde voor extreme sporten als lawinesurfen en kronen roven uit de tombes van ondode gigantenkeizers. Als Olga Slangensteen is Cirnja minstens even roekeloos. De derde oeluk is haar zus Senni die in prinses Zilverster verandert. De prinses is, volgens de traditie, de minnares van Björn Bloedzwaard. Senni is de slimste van de drie, maar om haar nu verstandig of bedachtzaam te noemen? Net als alle oeluks kan ze doorschieten en uitzonderlijk wreed uit de hoek komen.

    De stem uit het graf.

    Thuata de Brendaan:

    'Ik vervul al je dromen,' sprak een bladstille stem zodra Gudlarf met zijn rug tegen de grafsteen leunde. De huurling bleef zijn gerookte ganzenbout onverstoorbaar uit het palmblad rollen en strooide er een handvol peper over, wreef het in met blaadjes verse basilicum. `Ga door?'

    'Zwevende kastelen! Dames met haren als de gesponnen goud en dolverliefd op je.'

    'Dat soort dames ken ik. Na de derde nacht beginnen ze over kinderen en voor je het weet willen ze dat je verzameling gedroogde trollenhoofden het huis uit doet.' Gudlarf trok aan zijn hangsnor, streek over zijn stoppelige kin. 'Ik spreek hier overigens uit droeve ervaring.'

    'Een zwaard dat dwars door een marmeren zuil hakt en nooit geslepen hoeft te worden.'

    'Kijk, nu spreek je mijn taal. Alleen...' Hij trok een reep van het taaie vlees van het bot, kauwde met het geduld van een os. Het echo van het woord bleef in de lucht hangen, uitnodigend.

    'Alleen wat?' hapte de stem toe.

    'Waarom lig je dood en begraven onder een geïmproviseerde zerk als je al die zaken kunt regelen?' Hij las de runen hardop voor. 'Hier ligt Samarel die de nachtmerrie bereed en het bloed van talloze onschuldigen vergoot. Niemand zal hem missen.'

    'Dat is mijn graf niet. Ik heet geen Samarel. Ze hakten mijn hoofd af en begroeven het hier. Ze gebruikten Samarels steen om alles af te dekken.'

    'Ah, je heet dus geen Samarel. Hoe dan wel?'

    'Denk je dat ik simpel ben? Als je mijn ware naam weet, moet ik je gehoorzamen.'

    'Je had het over je hoofd. De rest van je lichaam is in stukken gehakt en op een dozijn andere plaatsen begraven?'

    'Je begrijpt het.'

    'Gewoonlijk doen ze dat allen maar bij zwarte magiërs. Of uitzonderlijk onaangename lieden. Zelfs als ze uit hun graf opstaan, dan heb je alleen maar met een losse hand te maken of een zwevend hoofd.'

    'Ik weet waar de dwergen van Athelgar hun juwelen begraven hebben. Smaragden groen als het eerste lentegras. Armbanden van kostelijk wit goud.'

    'Ah, ik zie nu waarom ze nooit uit je graf gekropen bent. Iemand heeft de Zegel van Salomo in je steen gekerfd. Het teken dat de djinns in hun kruiken opsloot en ook uitermate geschikt is om doden in hun graf te houden.' Hij streek er met zijn vingertoppen over. 'Het is intussen lelijk geërodeerd. Bijna onleesbaar.' Hij schudde zijn hoofd. 'Als je wilt dat een steen langer meegaat, moet je geen zandsteen gebruiken.'

    'Schuur de zegel weg, vriend. Of nee, een kras door een van de punten van de ster is al genoeg om de magie te verbreken.'

    'En dan beloon je me?

    'Ja! Wat je maar wilt! Ik was een magister. Als ik mijn vijanden aankeek, viel het vlees rottend van hun botten. Een compleet leger veranderde ik in beelden van grijs graniet.'

    'Daar weet ik alles van.' Gudlarf viste een steenbeitel uit zijn gereedschapstas, zette de punt tegen de zerk.

    'Wat is dat geluid? Het knarst door tot in het diepst van mijn ziel!'

    Gudlarf liet zijn hamer zakken. 'Mijn overgrootvader vocht in het leger van Reynhert de Zuivere mee. Dat leger. Toen je ons kasteel platbrandde, overleefde alleen mijn grootmoeder het. Ze verstopte zich in een lege bierton, Samarel. Zij was het die later je hoofd afsloeg en deze grafsteen eigenhandig uithakte. Lynn von Arduin.'

    'Lynn! Ik maakte haar tot mijn koningin. Ik kuste haar op mijn hoge toren en zei: 'Liefste, al deze landen behoren jou toe.'

    Gudlarf grinnikte. 'Over een adder aan je borst koesteren gesproken. Elke keer dat ze je omhelsde, droomde ze over een ponjaard in je hart, een ketting waaraan je afgesneden oren bungelden.'

    'Ik heb nooit geweten dat zij het was,' zei de stem. 'Mijn beul droeg een masker. Ze sprak geen woord.'

    'Ze droeg ons op je grafsteen te onderhouden, haar kinderen en kleinkinderen.' Hij kerfde de zespuntige ster dieper in de steen. 'Zodat je nooit uit de dood zou kunnen opstaan.'

    'Lynn kreeg kinderen? Toen wij samen waren, ze had twee keer een miskraam.'

    'Dat waren geen miskramen. Uitzonderlijke wreedheid is gelukkig niet erfelijk.'

    'Oh.'

    En zo converseerden ze terwijl de zonsondergang de hemel koperrood kleurde, het monster en zijn kleinzoon. Later kroop een ondode hand uit het nabije bos aan om Gudlarf te wurgen maar het ware enthousiasme ontbrak en de huurling doorboorde hem met de punt van zijn koperen speer.

    D

    e kus van de meermin

    De Achtste Oceaan:

    De Termagant dreef met slappe zeilen, even roerloos als een dode aasvlieg onder een kaasstolp.

    De schepelingen hadden de dikke koopman Bardak al met een ankerketting om zijn enkels over de reling geworpen en later op de week de hoofden van zijn drie vrouwen: het bleef desondanks windstil.

    'Misschien hadden we hem toch niet aan de Noordenwind moeten offeren,' zei de stuurman. 'Ik bedoel, hij was van de Hanze. Die lui kunnen toveren.' Hij knipte met zijn vingers. 'Ze lopen pardoes een bakstenen muur in of stappen over een drempel en zijn meteen duizend mijl verder.'

    'Ik betwijfel of onze Bardak zo getalenteerd was,' zei kapitein Lorbehr. 'We kwamen op hem af met vilmessen en hij verdween beslist niet. Bardak wapperde met zijn handen, hij blaatte als een schaap en dat was het. Nee, mijn vriend, soms gebeuren zaken zomaar. Niet elke windstilte hoeft een reden te hebben.'

    Kapitein Lorbehr had ogen grijs als de zee en vlammend haar als een vossenstaart die je nog net uit je ooghoeken uit je kippenren ziet glippen. Om zijn zweemde het soort glimlach dat heel goed bij de eerder genoemde vos zou kunnen passen.

    'Hayo daar!' De stem was helder als een glazen xylofoon en onmiskenbaar vrouwelijk. Ze snelden naar de reling: een meermin had een bevallige arm om een ankerketting geslagen en blikte naar hen op. 'Bedankt voor de hoofden. Ik heb een net uit hun lange blonde haren gevlochten en ik gebruik de opengezaagde schedels als schuilholen voor mijn tamme octopusjes. Ze zijn bijna even goed als kokosnoten.'

    'Graag gedaan,' zei de kapitein. 'Die plotselinge windstilte, is dat jouw werk?'

    'Natuurlijk. Ik wacht tot jullie zo hongerig en dorstig worden dat je van wanhoop in de zee springt.'

    'Valt daar niet over te praten?' zei de kapitein. 'We vervoeren een heel niet onaardige lading. Zwarte parels zo groot als vuisten, kruiken met saffraanwijn, gedroogde apenhanden.'

    'Dat krijg ik later allemaal toch wel. Ik ben geduldig. Mijn boormossels knagen ijverig aan jullie romp.' Haar lach tinkelde. Het soort lach waarmee een bloedmooie gravin je afwijst als je haar ten dans vraagt. Ze wenkte hem. 'Kom kapitein, spring in de zee nu je nog vers bent. Je mag mij drie keer beminnen voor ik je aan je enkels onder water trek. Bovendien zeggen ze dat een dapper verdronken zeeman voor eeuwig zal dansen in de wierpaleizen van

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1