De dood van Albert I en de roof van de Rechtvaardige Rechters: Mysterieus België, #26

VOORWOORD

––––––––

Nog steeds zelfs na 580 jaar spreekt het Lam Gods tot de verbeelding. Vorig jaar kwam er nog een nieuw werk uit van enkele honderden bladzijden over dit historische paneel. Wat jammer genoeg wel opvalt is dat de geïnteresseerde lezer van de recentste publicaties omtrent het Lam Gods steeds dezelfde theorieën krijgen voorgeschoteld. Sedert de jaren ’80 en ’90 blijft men dezelfde hypotheses naar voor schuiven af en toe aangevuld met een kleine nieuwe noot. Maar wie een van de publicaties omtrent dit onderwerp ter hand neemt, heeft eigenlijk de hoofdmoot aan informatie reeds gehad.

Deze publicatie wil net een stapje verder gaan en wil het ontleden en begrijpen van het Lam Gods op een nieuw spoor zetten. Al 580 jaar lang speculeert men over het Lam Gods en de betekenis ervan. Zou het werk een geheime boodschap of code bevatten? Zeker is dat er merkwaardige zaken zijn in verwerkt die gezien de tijdscontext, opdrachtgevers en dergelijke niet allemaal toeval kunnen zijn. In dit kader moeten we zeker en vast ook de diefstal van het paneel de Rechtvaardige Rechters aanhalen. Was dit een gewone kunstroof of zat er veel, veel meer achter? Ook deze diefstal zullen we in dit werk uitgebreid bespreken en ook hier willen we nieuwe hypotheses en sporen aanreiken in de hoop dat men ooit het volledige mysterie zal kunnen ontrafelen.

We willen dit zoveel mogelijk historisch-kritisch doen maar gaan zeker geen hypotheses of zaken die te toevallig zijn om nog van toeval te kunnen spreken uit de weg. We willen zeker de harde feiten weergeven en bespreken maar net om nieuwe sporen of hypotheses te kunnen lanceren moeten we dit hier en daar kunnen linken aan mogelijke motieven. Soms zijn dit zaken die niet ver van de realiteit zitten maar die men in het verleden om de ene of andere reden nooit aan elkaar heeft kunnen of willen linken.

Dat dit alles nog enorm leeft is alleen al te merken op het internet. Talloze fora handelen over deze onderwerpen, zeker en vast aangespoord door de film en het boek De Da Vinci Code. In dit boek zal worden aangetoond dat wij in Vlaanderen misschien wel opgezadeld zijn met een echte Da Vinci Code. Een code die ouder is en verder gaat dan deze code van Da Vinci. Het is al bewezen dat Van Eyck een onderlegd figuur was die niet vies was van gecodeerde zaken. Het is best mogelijk dat ook Van Eyck in zijn Lam Gods een geheim wou bewaren voor het nageslacht en hoe kon hij dit destijds beter doen dan in zulk een meesterwerk. Het is overigens zeer goed mogelijk dat deze boodschap het verloop van de wereldgeschiedenis deels heeft bepaald. Ik wens u veel leesplezier en zet alvast iedereen die dit werk zal lezen aan om verder te denken en verder te speuren totdat de cirkel rond is.

Genoeg stof tot een interessant historisch werk dus. Zeker wanneer duidelijk wordt dat een van de belangrijkste getuigen omtrent de diefstal van de Rechtvaardige Rechters Itegemse roots had. U begrijpt dat we deze nieuwe informatie 80 jaar na de diefstal van het wereldberoemde paneel moesten delen met het grote (Itegemse) publiek.

Veel leesgenot, Ivan Dockx sept. 2014

Hoofdstuk I :

Achtergrond van Alex Puissant,

kroongetuige in de zaak Rechtvaardige Rechters

Alexius-Firminus-Ferdinandus (Alex) Puissant werd geboren te Lier op 22 juli 1888 als onwettige zoon van Maria-Ludovica Heylen. Op 20 maart 1890 trad Maria-Ludovica Heylen te Lier in het huwelijksbootje met Firminus-Josephus Puissant. Bij dit huwelijk werd Alex Puissant door beiden gewettigd en erkend als hun zoon. Vanaf toen ging de jonge Alex door het leven met de familienaam Puissant.

Vader Firminus-Josephus Puissant werd geboren te Court-Saint-Etienne op 23 mei 1866, hij was statiebediende van beroep en woonde te Ottignies. Hij werd in 1886 opgeroepen om dienst te doen als soldaat in het 12de linieregiment. Bij zijn huwelijk in 1890 was hij soldaat met onbepaald verlof. We weten dat zijn regiment te Lier in garnizoen verbleef. Het is goed mogelijk dat hij op deze manier de Lierse Maria-Ludovica Heylen leerde kennen. Bij het huwelijk van beiden was immers korporaal Jacobus-Josephus Defrance getuige van de bruidegom. Firminus Puissant was de zoon van Ferdinandus-Josephus Puissant, deze was overleden te Ottignies op 22 december 1888, en van Apollonia Rousseaux, zij was huishoudster en woonde in 1890 nog steeds te Ottignies.

Moeder Maria-Ludovica Heylen werd geboren te Lier op 23 oktober 1869. Zij woonde in de Sint-Huibrechtstraat, was zonder beroep en was de dochter van handwerker Judocus Heylen en van diens vrouw Rosalia Bellens. Judocus Heylen huwde met Rosalia Bellens te Lier op 2 augustus 1855. Hij was in die periode landbouwersdienstknecht in het gehucht Hagenbroeck. Judocus werd geboren te Morkhoven op 28 september 1827 als zoon van Fransiscus Heylen en Maria-Theresia Laenen, zij overleed te Morkhoven op 16 juni 1849. Langs vaderszijde was Judocus Heylen de kleinzoon van Joannes Heylen (1748-1822) en Maria-Catharina Verwimp (1752-1818). Via moederszijde was Judocus Heylen de kleinzoon van Adrianus Laenen (1755-1812) en Maria-Elisabeth Goossens (1755-1807).

Zijn vrouw Rosalia Bellens werd geboren te Heist-op-den-Berg (Bruggeneinde) op 12 juli 1834 en woonde omstreeks 1855 eveneens te Hagenbroeck waar zij actief was als landbouwersdienstmeid. Rosalia was de dochter van strooisnijder Joannes-Fransiscus Bellens en van Maria-Anna Nys. In haar geboorteakte wordt haar naam trouwens geschreven als Rosalina, later werd de n blijkbaar vergeten. De ouders van Rosalia waren beiden in 1855 te Itegem gehuisvest. Ook voor 1855 verbleef het echtpaar Bellens-Nys al eens te Itegem. Zij huwden te Itegem op 18 juli 1828 en twee van hun zonen werden eveneens te Itegem geboren. Felix Bellens zag te Itegem het levenslicht op 24 januari 1829, zijn broer Ludovicus Bellens werd te Itegem geboren op 6 mei 1840 in aanwezigheid van dokter Felix Verbist.

Vader Joannes-Fransiscus Bellens werd bij deze geboortes vermeld als landbouwer en handwerker en was geboren te Itegem op 11 maart 1807 als zoon van Adrianus Bellens (°Itegem 1772 en +Itegem 1826) en Anna-Maria Schroyens (°Itegem 1776 en +Itegem 1845). Moeder Maria-Anna Nys was afkomstig uit Begijnendijk waar zij werd geboren op 12 maart 1801 als dochter van Joannes-Baptista Nys (+Begijnendijk 1802) en Catharina-Theresia Stroobants (+Heist 1827). Joannes-Fransiscus Bellens (°Itegem 1807) was langs vaderszijde de kleinzoon van Fransiscus Bellens en Maria Keulemens, afkomstig uit Boom. Langs moederszijde was hij de kleinzoon van Joannes Schroyens en Anna-Catharina Torfs. Joannes Schroyens en Anna-Catharina Torfs huwden te Heist op 7 januari 1761. Bij dit huwelijk was Mattheus Schroyens getuige van de bruidegom. Wellicht was Mattheus Schroyens een broer van Joannes Schroyens. Deze Mattheus Schroyens (°Heist 1734) is een van mijn rechtstreekse voorouders. Hij zal in 1763 te Heist huwen met Joanna Van Antwerpen. Hun dochter Anna-Maria Schroyens (°Heist 1765) zal later huwen met een telg uit het geslacht Van Goubergen. Zij zijn de voorouders van mijn betovergrootmoeder Maria-Elisabeth Van Orshoven. Via deze familietak uit de achttiende eeuw ben ik dus zelf ook verwant aan Alex Puissant.

Na hun huwelijk te Lier in 1855 trok het echtpaar Judocus Heylen- Rosalia Bellens terug naar Itegem waar zij gingen wonen in de buurt van de ouders van Rosalia, het echtpaar Bellens-Nys. Zij verbleven te Itegem van november 1856 tot maart 1860. Sinds maart 1860 verbleef het echtpaar terug te Lier. Uit dit echtpaar werden te Itegem twee zonen geboren waaronder Joannes-Fransiscus Heylen, geboren op 2 juni 1858. Een andere zoon Ludovicus werd geboren te Itegem op 18 januari 1856. Het echtpaar Heylen-Bellens woonde die vier jaar te Itegem in het gehucht Beckeneynde. Daar bewoonden zij het huis met nummer 17 samen met de zus van Rosalia Bellens namelijk Joanna-Maria Bellens (°Heist 1836) en haar man Joannes Vervoort (°Berlaar 1834). De gezinnen van deze twee dochters van Joannes-Fransiscus Bellens vonden dus in één huis onderdak. Zijn dochters woonden op het nummer 17, terwijl Joannes-Fransiscus Bellens zelf met zijn vrouw Maria-Anna Nys woonde in het gehucht Beckeneynde nummer 14. De ouders en hun dochters woonden dus in elkaars nabijheid. Overigens moet ik zeggen dat bijna de hele familie Bellens met nog een broer van Joannes-Fransiscus Bellens allemaal woonachtig waren in het gehucht Beckeneynde. De vestiging van de familie Bellens lijkt ver terug te gaan. Zo overleed grootvader Adrianus Bellens in 1826 al te Beckeneynde huisnummer 11. Diens moeder Maria Keulemans overleed in haar huis te Beckeneynde in 1810. Er wordt al melding gemaakt van een familie Bellens te Beckeneynde op het einde van de zeventiende eeuw. We mogen dus vast en zeker stellen dat de heimat van de familie Bellens hier te vinden is.

Joannes-Fransiscus Bellens en zijn vrouw Maria-Anna Nys waren in de periode 1857-1866 blijkbaar ook sociaal voelend. Bij hen woonden drie verlaten kinderen in die afkomstig waren uit het hospitie van Brussel. Deze verlaten kinderen werden in het gezin Bellens-Nys opgevangen en kregen daar toch wat nestwarmte mee. Het ging hier om Leopoldina Scheers, geboren op 17 september 1855. Zij kwam van Brussel naar Itegem op 1 december 1856. Voorts was er opvang voor Rosalia-Maria Van Dyck, geboren op 19 februari 1853. Zij kwam van Brussel naar Itegem op 22 november 1858. Ook Maria Verreet, geboren te Itegem op 28 februari 1853 werd door hen opgevangen. In de bronnen wordt zij vermeld als een arm kind, dochter van Petrus Verreet en Angelina Verwimp.

Op het einde van hun leven besloot het echtpaar Bellens-Nys te gaan wonen in Booischot. In dat dorp had een van hun zonen een herberg. Zij vertrokken van Itegem naar Booischot op 26 oktober 1877. Te Booischot overleed in 1877 Maria-Anna Nys. Twee jaar na haar dood besloot haar man terug te keren naar Itegem, hij deed dit op 27 december 1879. Joannes-Fransiscus Bellens ging toen inwonen bij zijn dochter Joanna-Maria Bellens in een woning in de Processieweg te Itegem. Hij overleed daar in zijn geboortedorp Itegem op 1 september 1881. In de bronnen merken we dat de familie Bellens tussen 1800 en 1920 een grote familie te Itegem geworden was. Bijna iedereen met deze familienaam is dan ook aan elkaar verwant en kan in zijn stamboom opklimmen tot Fransiscus Bellens en diens vrouw Maria Keulemans (+Itegem 1810).

Hoofdstuk II:

Rol van Alex Puissant

in de zaak Rechtvaardige Rechters

––––––––

In april 1934 wordt het wereldberoemde paneel van de Rechtvaardige Rechters gestolen uit de Sint-Baafskathedraal te Gent. Enige tijd later verschijnen afpersingsbrieven gericht aan het bisdom van Gent. Als men de Rechtvaardige Rechters terug wil krijgen dan zal daar een prijs tegenover staan. In mei 1934 komt het tot een interessante uitwisseling. In het bagagedepot van het Brusselse Noordstation krijgt een delegatie van de politie in ruil voor een genummerd kaartje een paneel in handen. Wanneer men dit opent ontdekt men het paneel met daarop Joannes De Doper, een van de gestolen panelen. Het bewijs werd dus geleverd dat de schrijvers van de afpersingsbrieven effectief ook het andere paneel in handen moesten hebben. Het andere paneel : de Rechtvaardige Rechters zal echter nooit boven water komen, zelfs vandaag de dag 80 jaar na datum is het paneel nog steeds spoorloos.

De kroongetuige inzake deze transactie was niemand minder dan Alex Puissant, bediende in het Noordstation. Hij was de enige persoon die ooit rechtstreeks in contact kwam met een medeplichtige van deze beroemde Belgische kunstroof. Enkele dagen voordat de politie het pakketje kwam ophalen had Puissant dit paneel in ontvangst genomen van een heer die er zeer voorkomend uit zag. Het interessante is dat deze Alex Puissant afkomstig was uit onze streek. Volgens de literatuur was deze Alex Puissant in 1934 46 jaar en was hij afkomstig uit Lier. In de Burgerlijke Stand van Lier vinden wij inderdaad Alexius-Firminus-Ferdinandus Puissant. Hij werd geboren te Lier op 22 juli 1888 omstreeks 6 uur ’s morgens. Hij werd geboren als onwettige zoon van Maria-Ludovica