Discover millions of ebooks, audiobooks, and so much more with a free trial

Only $11.99/month after trial. Cancel anytime.

Logosynthese. Woorden aan het werk. Handboek voor de helpende beroepen, met een voorwoord van Dr. Fred. Gallo.
Logosynthese. Woorden aan het werk. Handboek voor de helpende beroepen, met een voorwoord van Dr. Fred. Gallo.
Logosynthese. Woorden aan het werk. Handboek voor de helpende beroepen, met een voorwoord van Dr. Fred. Gallo.
Ebook345 pages3 hours

Logosynthese. Woorden aan het werk. Handboek voor de helpende beroepen, met een voorwoord van Dr. Fred. Gallo.

Rating: 0 out of 5 stars

()

Read preview

About this ebook

Logosynthese is een nieuw model voor begeleide verandering en zelfcoaching. Dat model is ontstaan uit verschillende scholen: transactionele analyse, NLP, EMDR en energiepsychologie. Het belangrijkste principe van Logosynthese is de manifesterende kracht van woorden: daarmee slaat het model een allang noodzakelijke brug tussen het lichaam, de psyche en de Essentie van ons bestaan.

Logosynthese biedt coaches, psychotherapeuten en counselors een serie baanbrekende technieken bij stressreductie en bij de behandeling van trauma, angst, schaamte, schuld en verlies. Ook voor zelfhulp is Logosynthese een effectief en ongecompliceerd instrument: gewone mensen kunnen storende emotionele problemen oplossen en een stap dichter komen bij de verwezenlijking van hun levensdoelen. De macht van woorden vermindert het lijden van mensen: innovatief, eenvoudig en elegant.

Dit handboek beschrijft de theorie en de methoden van Logosynthese, met vele recente verfijningen en verbeteringen op grond van toepassing in de dagelijkse praktijk. Het laat ook zien hoe de auteur gezocht heeft naar manieren waarop professionele begeleiders hun cliënten effectiever en efficiënter kunnen helpen. Het beschrijft de assumpties en de filosofie achter de methode en biedt een begrijpelijke omschrijving met heldere verklaringen van de toepassing van Logosynthese in verschillende situaties. Het boek omvat ook een schat van gedetailleerde voorbeelden en transcripties van sessies met cliënten. Deze illustreren de veelzijdige toepassing van Logosynthese in counseling, coaching en psychotherapie.

Vakmensen vinden in dit werk een waardevolle bron waar zij steeds opnieuw uit kunnen putten. Bijzonder aanbevolen voor allen die deze innovatieve methode in hun werk willen integreren om hun cliënten weer in hun kracht te zetten. Voor degenen die de opleiding Logosynthese volgen of willen gaan volgen geeft dit boek een goede ondersteuning in het verdere leerproces.

LanguageNederlands
Release dateFeb 10, 2016
ISBN9781310482229
Logosynthese. Woorden aan het werk. Handboek voor de helpende beroepen, met een voorwoord van Dr. Fred. Gallo.
Author

Willem Lammers

Willem Lammers, MSc, DPsych, TSTA, is a chartered clinical and social psychologist, a psychotherapist, and a consultant to people and organisations. He also certified as a Teaching and Supervising Transactional Analyst (TSTA) and as a Doctor in Psychotherapy by Professional Studies at Middlesex University. Since 1987 he has been leading a large training institute for coaching, counselling and supervision, ias AG, now in Bad Ragaz, Switzerland.In his training, practice and teachings, he spent many years on the interface of body, mind and spirit, in systems like transactional analysis, NLP, the Reconnection, the Monroe Institute, and Energy Psychology. In 2005, as a result of these explorations, Willem discovered Logosynthesis and has been developing and training it ever since.Willem runs a private practice for psychotherapy, supervision and coaching. His teaching activities are taking him to many countries in Europe and overseas. Willem is the author of five books and numerous articles in the field.

Related to Logosynthese. Woorden aan het werk. Handboek voor de helpende beroepen, met een voorwoord van Dr. Fred. Gallo.

Related ebooks

Related articles

Reviews for Logosynthese. Woorden aan het werk. Handboek voor de helpende beroepen, met een voorwoord van Dr. Fred. Gallo.

Rating: 0 out of 5 stars
0 ratings

0 ratings0 reviews

What did you think?

Tap to rate

Review must be at least 10 words

    Book preview

    Logosynthese. Woorden aan het werk. Handboek voor de helpende beroepen, met een voorwoord van Dr. Fred. Gallo. - Willem Lammers

    DEEL I

    HET MODEL:

    WAT IS

    LOGOSYNTHESE?

    Woorden planten, die als bomen

    hun wortels in de aarde slaan,

    nieuwe scheuten de lucht in sturen

    en de wereld lucht geven om te ademen.

    --YVONNE MICH

    In dit deel vind je een brede introductie in het model van Logosynthese en haar ontstaansgeschiedenis. Je leert het mensbeeld en de vier axioma’s van Logosynthese kennen en de werking van de methode begrijpen. Het model is gebaseerd op een holistisch begrip van de mens en heeft vier axioma’s:

    1. Lijden ontstaat door gebrek aan bewustzijn van de eigen, ware aard, de eigen betekenis en de eigen taak in deze wereld: de Essentie.

    2. Het bewustzijn van de eigen taak en de persoonlijke betekenis wordt versluierd door twee belangrijke processen: introjectie en dissociatie.

    3. Gedissocieerde delen en introjecten zijn verstarde, energetische structuren in de driedimensionale ruimte, géén abstracte, rationele concepten.

    4. De kracht van het woord maakt de oplossing van deze verstarde structuren mogelijk en bevrijdt onze levensenergie voor onze echte missie.

    Op basis van deze aannames ontwikkelde ik een model en een methode die mensen kan helpen – zowel in het oplossen van problemen in het dage-lijks leven als in hun persoonlijke en spirituele ontwikkeling.

    De methode integreert elementen van vele scholen voor zelfcoaching en begeleide verandering tot een zinvol geheel.

    een val — en de

    gevolgen

    Leonore naast haar schoenen

    11

    JANUARI 2005 WAS EEN KEERPUNT VOOR MIJN BEGRIP VAN COACHING EN PSYCHOTHERAPIE. OP DIE DAG VERANDERDE ALLES. HOE?

    Denise, een bevriende psychotherapeut, vroeg me om samen met haar de 42-jarige Leonore te zien. Ik heb in het voorwoord al over haar gesproken. Haar behandeling liep vast en Denise had nieuwe impulsen nodig. Ze had me voor de sessie Leonore’s geschiedenis verteld. Een vreemd trauma had haar leven radicaal veranderd. Vijf jaar geleden was zij vroeg in de ochtend, op weg naar haar werk, van een stationstrap gevallen. Daarna kon ze zich niet herinneren wat er precies gebeurd was. Pas uren na de val was ze weer bij bewustzijn gekomen, op een haar onbekende plaats, gewond en met gescheurde kleren. Haar man had haar opgehaald en naar huis gebracht. Met deze gebeurtenis begon voor Leonore een lange lijdensweg. Ze kon het leven niet meer aan. Ze werd bang en onzeker. Op het werk kon ze zich niet meer concentreren en ze was gedwongen om haar baan op te zeggen.

    Ook vijf jaar na de val wist ze niet wat er op die koude dag in januari was voorgevallen. Ze was duidelijk getraumatiseerd, met een totale amnesie voor het verloop van de gebeurtenis die dit veroorzaakt had. Artsen hadden geen neurologische of andere verwondingen kunnen vaststellen en beschouwde haar als een moeilijk, zo niet hopeloos, geval. Zowel Leonore als haar man waren ervan overtuigd dat alle problemen begonnen waren met de val van vijf jaar geleden. De behandelende artsen en in hun kielzog de ziektekosten- en invaliditeitsverzekering, weigerden echter om dit te erkennen en waren van mening dat het om een persoonlijkheidsstoornis ging. In deze wanhopige situatie had zij zich tot Denise gewend.

    Toen Denise Leonore leerde kennen, kwam ze tot de conclusie dat de deskundigen de invloed van de Post Traumatische Stress Stoornis, als gevolg van de val, onderschatten. De behandeling werd gestart en na een paar sessies bloeide Leonore op omdat ze eindelijk een medemens gevonden had die haar werkelijk serieus nam. Aan de symptomen veranderde echter weinig en de amnesie voor de gebeurtenis bleef. Daarom had Denise haar voorgesteld om mij te consulteren op grond van mijn ervaring met NLP, EMDR en energiepsychologie. Met behulp van deze methoden had ik eerder verrassende resultaten bereikt in uitzichtloze situaties.

    Leonore werd door haar man in de praktijk gebracht. Ze was een kleine, tengere vrouw die enigszins gebogen liep. Haar ogen drukten een diepe angst en onzekerheid uit, maar ook een vleugje hoop dat er in haar leven iets ten goede zou kunnen veranderen.

    Denise stelde mij aan haar voor en ik nam het gesprek over. Op mijn vraag wat haar op dat moment bezig hield, vertelde ze dat ze ’s morgens weer gedesoriënteerd was geweest en dat haar hand in de badkamer de glazen deur van de douche niet vinden kon. Ze greep er steeds naast. Het was niet de eerste keer dat ze iets dergelijks had ervaren – toen ze de sleutel in een slot wilde stoppen zocht haar rechter hand het sleutelgat ongeveer 20 centimeter links van de werkelijke plek. Dat was de reden voor haar uitspraak Ik sta naast mijn schoenen.

    Terwijl ik naar haar verhaal luisterde, voelde ik me wat hulpeloos. In mijn hoofd gonsden neurologische hypothesen. Ik probeerde om meer nauwkeurige informatie te krijgen, maar Leonore keek me hulpeloos aan. Ze vroeg of ik ook dacht dat ze gek was.

    Daarover moest ik nadenken. Ik begon te begrijpen waarom de artsen geen idee hadden wat ze met Leonore moesten doen en waarom ze bij haar een ‘persoonlijkheidsstoornis’ als diagnose hadden gesteld. Zo’n label verandert niets aan de situatie. Evenmin ondersteunt het de behandeling van de problemen, daarentegen geeft het de indruk dat de deskundigen weten waarover ze het hebben. Ik wist het ook niet, maar iets in mij verzette zich tegen deze vereenvoudiging. Ik besloot om mijn eigen diagnose een tijdje uit te stellen en een moment niets te doen.

    Zo zat ik daar stil naar Leonore te kijken. Mijn blik dwaalde over de lijdende vrouw in de stoel tegenover mij. Toen verscheen een beeld. Rechts van haar zag ik een dunne, grijze contour, als een nevel. Normaal gesproken zou ik zo’n waarneming negeren en als vermoeidheid of als dagdroom hebben afgedaan, maar nu weerklonken haar woorden in mijn oren: Ik sta naast mijn schoenen.

    Zou het kunnen dat Leonore inderdaad ‘naast haar schoenen’ stond, niet figuurlijk maar letterlijk? Dat zij door de val een deel van haar levensenergie op een andere plek had gezet? Ik volgde mijn intuïtie. De neurologie hielp me niet om Leonore bij te staan, een klinische diagnose had ik niet. Tijdens mijn opleiding heeft een docent mij eens op de letterlijke betekenis van het Duitse woord ‘verrückt’ gewezen. Als je ‘verrückt’ bent, is je plaats verschoven. Dan is niets meer op de vertrouwde plek en hier hebben we het. Leonore stond letterlijk ‘naast haar schoenen’. Een deel van haar was in de ruimte verschoven en als gevolg daarvan zocht haar bewustzijn het sleutelgat twintig centimeter links van haar fysieke lichaam.

    Een interventie

    Ik nam Leonore’s woorden dus letterlijk en vertelde haar wat ik had gezien. Was ze bereid om zich aan een experiment te wagen? Ze werd nieuwsgierig en stemde toe. Ik stelde voor om te proberen of ze het lichaam naast het hare terug kon leiden naar haar fysieke lichaam. Haar reactie bevestigde mijn vermoeden dat we op iets belangrijks waren gestuit: ze reageerde met hevige angst.

    Ik keek Denise aan en we beloofden Leonore beiden onze ondersteuning, ze kon het experiment op elk gewenst moment stoppen. Bij de tweede poging was het effect dramatisch. Leonore werd enorm emotioneel. Ze hapte naar adem en de tranen liepen over haar wangen. Ze snikte maar er leek echt iets in beweging te komen. Een ogenblik was ik ongerust maar ik besloot te wachten. Het proces leek een eeuwigheid te duren. Pas na een minuut of tien kalmeerde ze en het werd duidelijk hoe diep het ‘experiment’ had gewerkt. Leonore herinnerde zich nu plotseling wat er vijf jaar geleden was gebeurd.

    Ze beschreef precies hoe ze, op die noodlottige ochtend, door een haastige voorbijganger van een trap op het station was gestoten. Ze was minuten lang gewond op de grond blijven liggen, verstard van de kou en de schrik. Daarna keerde ze terug naar de parkeerplaats om naar huis te gaan. Ze had haar auto gevonden, maar ze kreeg de autodeur niet open. Toen ze vervolgens de trein wilde nemen, vond ze de knop van de automatische deuropener niet en de trein reed voor haar neus weg. Op de een of andere manier slaagde ze er met de hulp van voorbijgangers in om contact op te nemen met haar man, die haar afhaalde en naar huis bracht.

    Leonore was buiten zichzelf van vreugde en opluchting dat ze eindelijk wist wat er gebeurd was. De splitsing tussen verleden en heden, tussen haar bewustzijn en haar lichaam werd opgeheven; ze stond niet langer ‘naast haar schoenen’.

    Eerste overwegingen

    De sessie met Leonore liet mij niet los, in het bijzonder de ruimtelijke scheiding tussen haar fysieke lichaam en een virtueel deel van haar persoon. Dat het gelukt was deze beide lichamen samen te voegen en daardoor een nieuwe fase in haar behandeling te beginnen, was plezierig voor Leonore, maar ik wilde meer weten. Al sinds het begin van mijn opleiding was ik op zoek naar eenvoudige, effectieve manieren om pijn en lijden te verlichten. Gefascineerd begon ik de dynamiek mijn nieuwe ontdekking te bestuderen. Het verloop van de sessie met Leonore wees op een ruimtelijke scheiding van haar bewustzijn en haar lichaam en storingen in het functioneren als gevolg van deze scheiding.

    Dit is niet nieuw. Berichten van ervaringen daarover zijn er in elke spirituele traditie, in de geschiedenis van ernstig getraumatiseerde mensen en in de verhalen van mensen die aan de dood zijn ontsnapt. Ook in het onderzoek, met name in de moderne fysica, zijn er steeds meer aanwijzingen van het werkelijke bestaan van dergelijke fenomenen.² ³ ⁴ Er zijn dus tekenen, ook als ze door de mainstream niet als zelfstandige verschijnselen waargenomen worden. Daarbij is het nieuw dat we deze kennis direct kunnen gebruiken voor genezing en ontwikkeling.

    De boze professor

    Een paar weken later vond de tweede sessie met Leonore plaats. In het begin vertelde ze hoe haar herinneringen aan de val en de nasleep ervan duidelijker geworden waren en hoe blij ze daarover was. Aansluitend beschreef Leonore haar angst voor een komend onderzoek door een verzekeringsarts. Het werd al snel duidelijk dat de angst niets met de huidige arts te maken had, maar werd veroorzaakt door de herinnering aan een professor, die zich bij een eerder onderzoek duidelijk aan haar geërgerd had. Terwijl Leonore de angst beschreef voor een hernieuwde ontmoeting met de professor, bewoog ze haar hoofd voortdurend naar links – alsof iemand aan haar rechter zijde luid op haar insprak en zij probeerde aan hem te ontsnappen.

    Ik liet mij door de eerste sessie met haar inspireren en vroeg haar waar ze de professor in de kamer waarnam. Ze maakte een beweging in de richting van haar rechter oor en beschreef hoe de professor tegen haar schreeuwde, van een afstand van ongeveer dertig centimeter.

    De activering van de herinnering liet Leonore reageren alsof de professor in de spreekkamer stond. Ze raakte in paniek en haar lichaam spande zich. Ik zocht naar een manier om de spanning te verlagen en vroeg, vanuit mijn ervaring met NLP, of ze het beeld van de professor in de kamer kon verplaatsen. Dat lukte haar. Nu vroeg ik haar om het beeld te verwijderen uit haar ‘persoonlijke ruimte’. Toen ze dat deed verdween de angst voor het nieuwe onderzoek onmiddellijk. In de week erna verliep dit dan ook zonder problemen.

    Beelden in de ruimte

    Zo ontdekte ik dat niet alleen het ik-bewustzijn van iemand zich op een andere plaats in de ruimte kan bevinden, maar ook dat er virtuele representaties van belangrijke mensen en omgevingsaspecten aanwezig zijn, zowel in ons lichaam als in onze persoonlijke ruimte. Deze – voornamelijk visuele en auditieve – representaties lijken voor de mensen die het betreft echt. Deze observatie leidde tot een aantal interessante overwegingen voor mijn werk:

    1. Een historische gebeurtenis kan ertoe leiden dat een virtuele representatie van een persoon, in dit geval de onvriendelijke professor, in de nabijheid van een mens aanwezig blijft.

    2. Dit beeld roept fysieke en emotionele stressreacties op. Informatie wordt vervolgens niet meer adequaat verwerkt.

    3. Als ik als begeleider aanwijzingen geef die tot veranderingen in het beeld van de bedreigende persoon leiden, verandert de reactie op het beeld dienovereenkomstig. In dit geval heb ik gekozen voor een techniek vanuit het Neuro-Linguïstisch Programmeren (NLP).

    Vervolgens begon ik mijn werk in de begeleide verandering vanuit dit nieuwe perspectief te onderzoeken. Ik stelde vast dat het fenomeen van ‘naast mijn schoenen staan’ helemaal niet zo zeldzaam was. Maar de splitsing werd vaak subtiel verborgen in de taal of in de motoriek van mijn cliënten. Het viel mij op dat de lichaamshouding van mensen verandert als ze over een innerlijk conflict vertellen. Het lijkt alsof ze voorwerpen of mensen in de ruimte om zich heen waarnemen en daarop reageren.

    Ook gebruiken cliënten onthullende zinnen, zoals ‘ik zette mezelf onder druk’, ‘ik ben kwaad op mezelf over deze fout’, ik maak mijzelf het leven zwaar". In zulke zinnen splitsen zij zichzelf. Eén deel oefent druk uit, geeft advies of oordeelt over de persoon. Het woord ‘ik’ in zo’n zin vertegenwoordigt dat deel. Het andere deel wordt met ‘mij’ of ‘mijzelf’ aangeduid en is het object, respectievelijk het slachtoffer van de oordelende boodschap. Bij het lokaliseren van deze onderdelen in de ruimte blijkt dat deze mensen het dwingende ‘ik’-deel vaak buiten hun lichaam waarnemen, terwijl het lijdende ‘mij/mijzelf’-deel eerder binnen hun lichaamsgrenzen te vinden is.

    In getuigenissen van slachtoffers van seksueel geweld, van bijna-dood ervaringen⁵, van ervaringen tijdens operaties of na ongevallen, is de ervaring van de scheiding van lichaam en bewustzijn van de eigen persoon niet zeldzaam. Een onverwachte of traumatische gebeurtenis leidt vaak tot een splitsing in de perceptie van de eigen persoon. Een cliënte die hulp zocht voor de psychologische gevolgen van een auto-ongeluk, beschreef hoe ze zichzelf achter het stuur zag zitten, terwijl ze ‘boven haar auto zweefde’, toen de andere auto tegen de hare knalde.

    Neurowetenschappelijk worden bij zulke verschijnselen specifieke veranderingen in de activiteit van de rechter temporaalkwab gemeten.⁶ Ze kunnen ook kunstmatig worden opgewekt.⁷

    We kunnen dus ons eigen lichaam afzonderlijk van ons Zelf waarnemen. Of een dergelijke waarneming betekent dat onze hersenen een spelletje met ons spelen of dat er naast het fysieke lichaam andere virtuele lichamen bestaan, is een open vraag die in dit boek wordt beantwoord vanuit het perspectief van Logosynthese.

    Leonore’s voorbeeld met de professor laat zien dat andere mensen, figuren of voorwerpen virtueel – als een vorm van energie – in onze persoonlijke ruimte kunnen verschijnen. Deze kunnen uit de herinnering voortkomen – zoals de professor – of uit de verbeelding, net als in een schilderij uit mijn kindertijd. Het beeld toont een kleine jongen voor een koekjestrommel. Aan zijn rechter zijde staat een engel die hem ervan weerhoudt een greep uit de trommel te nemen, terwijl aan de linkerkant een grijnzende duivel hem aanmoedigt. Het dilemma van de jongen komt door middel van de fantasiefiguren tot leven.

    Een nieuw model?

    Na de eerste sessies met Leonore stond ik voor een raadsel. Ik vroeg me af wat er precies gebeurd was en begon ideeën te ontwikkelen. Ik had een systeem nodig dat me zou helpen om het geleerde ook voor andere cliënten in mijn praktijk toe te passen. Als basis moest een dergelijk systeem het virtuele en het fysieke lichaam integreren en de directe ruimte rond een persoon van belastende beelden bevrijden.

    Ik begon de mensen in mijn praktijk nauwkeuriger te observeren wanneer zij over hun problemen spraken. Ik lette op waar ze naar keken, hoe hun stem klonk of hoe hun lichaam reageerde als ze aan het praten waren over anderen die voor hen problemen veroorzaakten of die hen gelukkig maakten, hoe ze een beslissing beschreven en waar ze hun opties in de ruimte leken te plaatsen. Bij de angst van Alexej ging voor mij een nieuwe deur open.

    Uit de praktijk: Alexej

    Kort na de eerste sessies met Leonore gaf ik een coachingseminar in Moskou. Daarin beschreef Alexej, een 40-jarige psychiater, hoe hij zich onder druk gezet voelde door zijn baas. Tijdens zijn beschrijving draaide hij zijn lichaam in een vreemde hoek, alsof iets hem opzijschoof. Op mijn vraag beschreef hij hoe hij in het midden, aan de rechterkant van zijn lichaam, een scherpe pijn voelde, alsof er een grote, scherpe steen in hem drukte en zo zag hij er ook uit. Ik nodigde Alexej uit om te visualiseren hoe hij de scherpe steen uit zijn lichaam en uit zijn persoonlijke ruimte verwijderde. Toen hij mijn instructies opvolgde verdween de angst voor zijn baas direct, tot verbazing van alle aanwezigen, mijzelf incluis.

    Structuren verdwijnen door visualisatie

    Alexej’s angst verdween met het verwijderen van een virtuele steen. M.a.w. het zijn niet alleen beelden van mensen die iemands welzijn kunnen verstoren.

    Een tijd lang zocht ik verder naar afbeeldingen van storende mensen en elementen in het lichaam en in de persoonlijke ruimte van mijn cliënten en probeerde ze met behulp van visualisatietechnieken te verwijderen. Ik ontdekte dat metaforen, fantasieën, verlangens of virtuele beelden van voorwerpen een grote invloed op ons welbevinden hebben.

    Daarbij dook een cruciaal probleem op. Mensen hebben de neiging, net als Leonore, deze structuren een grote macht over zichzelf toe te schrijven. Als beelden werden gezien als te sterk en te krachtig was het niet mogelijk om ze door middel van visualisatie te verdrijven of op te lossen.

    De kracht van woorden

    De kracht van woorden bood de oplossing. Op het internet vond ik een nieuwe benadering onder www.immunics.org. Het uitspreken van bepaalde zinnen heeft een direct effect op body, mind en spirit, zonder dat daarvoor intellectuele of cognitieve prestaties moeten worden geleverd. Deze kracht van woorden kan verstarde structuren oplossen en onze levensenergie bevrijden voor onze echte taak. De groep rond Immunics zet dit principe hoofdzakelijk in voor behandeling van lichamelijke symptomen en chronische ziekten.

    Aan de werkelijke kracht van woorden moet je echt wennen: dat iemand een zin uitspreekt en dat deze het geheel van storende structuren onmiddellijk oplost, is al heel vreemd. Veel mensen begrijpen de draagwijdte van dit fenomeen pas als ze het zelf ervaren.

    Daarna ontwikkelde ik twee eigen zinnen, afgeleid uit de energiepsychologie. Met de eerste zin werd afgesplitste eigen energie teruggenomen en de tweede werd gebruikt om energie van iets of iemand anders uit het systeem van de cliënt te verwijderen. Later kwam er een derde zin bij:

    1. Met het uitspreken van de eerste zin neemt de persoon de energie terug, die vastzit in verstarde beelden van de waargenomen wereld.

    2. Met de tweede zin verwijdert hij de energie die niet bij hem hoort.

    3. Met de derde zin neemt hij de energie terug die vast zit in verstarde reacties op beelden van de waargenomen wereld.

    Deze zinnen zullen in de loop van het boek steeds opnieuw verschijnen. Een recent voorbeeld is het oplossen van een pijnlijke herinnering aan een schoolklas in de kindertijd:

    1. Ik neem al mijn energie die vast zit in dit beeld van meneer Meier en die treiterende kinderen naar de juiste plaats in mezelf terug.

    2. Ik verwijder alle energie die niet bij mij hoort, met betrekking tot dit beeld van meneer Meier en die treiterende kinderen uit al mijn cellen, uit heel mijn lichaam en uit heel mijn persoonlijke ruimte en stuur die energie naar de plaats waar ze werkelijk thuishoort.

    3. Ik neem al mijn energie, die vastzit in al mijn reacties op dit beeld van meneer Meier en die treiterende kinderen naar de juiste plaats in mezelf terug.

    Naast de precieze formulering van de zinnen kregen de exacte focus en activering van de gepresenteerde onderwerpen voor mij een steeds belangrijkere rol. In dit proces ontwikkelde ik de metavragen A en B, waarover meer in hoofdstuk 3.

    Logosynthese als systeem

    Een splitsing van het ‘ik’ in verschillende delen lijkt de norm, niet de uitzondering. Ons persoonlijke energieveld is ingericht als een museum, met beelden van mensen uit onze geschiedenis en beelden van een ingebeelde toekomst. We reageren op deze beelden alsof ze echt zijn, maar dat zijn ze niet. De beelden in het persoonlijke museum vervormen de waarneming van de werkelijke omgeving in het heden, met verstrekkende gevolgen.

    Na verloop van tijd ontdekte ik dat mensen afgesplitste delen weer kunnen samenvoegen, hun eigen musea uitruimen en de last van herinneringen achter zich kunnen laten. Ze leven dan meer in het heden, zonder pijnlijke confrontaties met hun levensverhaal, maar ook zonder die te verdringen. De

    Enjoying the preview?
    Page 1 of 1