Professional Documents
Culture Documents
Gezegend zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus daar Hij ons de
verborgenheid van zijn wil bekend heeft gemaakt, naar zijn welbehagen, dat Hij zich
had voorgenomen in zichzelf aangaande [de] bedeling van de volheid der tijden, om
alles wat in de hemelen en wat op de aarde is onder n hoofd samen te brengen in
Christus (Efeze 1:3,9-10)
In zijn brief aan de Efezirs - die feitelijk een rondzendbrief was aan gemeenten in
het huidige Turkije - schrijft Paulus dat God ons de verborgenheid van zijn wil
bekend heeft gemaakt. Tegen Abraham, de vader van alle gelovigen, heeft de HERE
ooit gezegd: Hoe zou ik voor Abraham verbergen, wat Ik ga doen? (Genesis 18:17).
Een slaaf of een knecht weet niet, wat zijn heer doet, maar aan een vriend (zoals
Abraham) maakt de heer zijn bedoelingen bekend (Johannes 15:15).
Enkele verzen eerder had de apostel geschreven dat God ons tot het zoonschap
voor zichzelf heeft bestemd (Efeze 1:5). Aan zijn zonen, dat wil zeggen: zijn
volwassen kinderen, wil God Zijn voornemens ook bekend maken. Hij openbaart aan
hen het doel dat Hij nastreeft, al is dat doel voor de rest van de mensheid nog
verborgen. Door Zijn wil aan ons te openbaren heeft God ons overvloedig gezegend
met wijsheid en inzicht (Efeze 1:8). Wat de Schepper openbaart mag voor ons een
inzicht worden, dat verhelderend, bevrijdend, opbeurend en bemoedigend werkt
(vergelijk Spreuken 8:14 en 35). Als we Hem op zijn woord geloven, zullen wij die
zegen beslist ontvangen.
Het geheim
Vr de grondlegging der wereld (Efeze 1:4), dat wil zeggen: voordat Hij de
tegenwoordige wereld begon te scheppen, heeft God zich al een bepaald
eindresultaat voorgenomen, omdat dit Hem behaagt. Maar het doel waarop de
Schepper aanstuurt is een verborgenheid. Wetenschap en filosofie kunnen het niet
ontdekken (vergelijk Prediker 3:11, 8:17; Jesaja 19:12, 29:14, 44:25). Gods kinderen
mogen het echter weten niet omdat ze dieper hebben nagedacht dan de wijzen van
deze wereld, en ook niet omdat ze er iets van kunnen zien in hun omgeving, maar
omdat de Eeuwige Zijn bedoelingen aan hen bekend heeft gemaakt.
Het voornemen van God heeft betrekking op de bedeling van de volheid der tijden.
Het Griekse woord oikonomia, dat met bedeling is vertaald, betekent eigenlijk een
huisregel of een vorm van bestuur. Ons Nederlandse woord economie is van dit
Griekse woord afgeleid. Een rijk man die een landgoed bezat kon voor het bestuur
van dat landgoed een reglement vaststellen, waaraan zijn slaven zich in de
dagelijkse praktijk moesten houden (vergelijk Lukas 16:2-4). Zo heeft God zich voor
de grondlegging der wereld al voorgenomen dat er in Zijn schepping uiteindelijk van
een bepaalde vorm van bestuur sprake zal zijn. In heel zijn schepping, want de
bestuursvorm betreft volgens Paulus alles wat in de hemelen en wat op de aarde is.
De hemel en de aarde of: de hemelen en de aarde is in de Bijbel een aanduiding
voor wat wij het heelal plegen te noemen.
De volheid der tijden
Het moment of het tijdvak waarop de door God beoogde bestuursvorm in werking
zal treden wordt door Paulus omschreven als de volheid der tijden. De apostel
gebruikt hier een unieke uitdrukking (tou pleromatos toon kairoon). In zijn brief aan
de Galaten spreekt hij over de volheid des tijds (to pleroma tou chronou, Galaten
4:4). Volheid des tijds betekent: het moment waarop de door God bepaalde
tijdsduur (Gr. chronos) is verstreken. De uitdrukking volheid der tijden heeft een
andere betekenis. Het Griekse woord kairos betekent niet: tijd in de zin van:
tijdsduur, maar: tijdstip. Wanneer wij zeggen: Jan had zes uur nodig om ons te
bereiken, dan is zes uur een aanduiding van chronos. Maar wanneer we zeggen:
Jan kwam om zes uur bij ons aan, dan heeft zes uur betrekking op een bepaalde
kairos. Wanneer alle beslissende momenten, alle sleuteltijdstippen in de
geschiedenis hebben plaatsgevonden, dan is de volheid der tijden (Gr. kairoi)
aangebroken.
In sommige Bijbelteksten worden chronos en kairos in n adem genoemd. Een
bekend voorbeeld is wat Jezus tegen zijn discipelen zei in verband met het herstel
van het koningschap voor Isral:
Het komt u niet toe tijden of gelegenheden te weten die de Vader in zijn eigen macht
heeft gesteld (Handelingen 1:7)
Een ander voorbeeld is wat Paulus in verband met de wederkomst van de Messias
schreef aan de christenen in Thessalonica:
Maar wat de tijden en de gelegenheden betreft, broeders, hebt u niet nodig dat u
geschreven wordt (1 Thessalonicenzen 5:1)
In de oorspronkelijke Griekse tekst van deze verzen wordt voor tijden het woord
chronoi en voor gelegenheden het woord kairoi gebruikt.
De volheid der tijden is het moment waarop al Gods plannen zijn verwezenlijkt en
er niets meer hoeft te worden gedaan om een deel van die plannen in vervulling te
laten gaan.
vrijwillig terug, en erkennen dat alle macht toekomt aan God en zijn Messias. Paulus
brengt dit tot uitdrukking wanneer hij schrijft dat Christus alle overheid en alle
gezag en kracht te niet zal doen (1 Korinthe 15:24). In de visioenen van Johannes
wordt dit uitgebeeld wanneer de vierentwintig oudsten hun kronen neerwerpen
voor de troon en zeggen: U bent waard, onze Heer en God, te ontvangen de
heerlijkheid en de eer en de kracht, want U hebt alle dingen geschapen, en door Uw
wil bestonden zij en zijn zij geschapen (Openbaring 4:9-11).
Hierop zal de geschiedenis uitlopen. Dit is het eindresultaat van het handelen van
God. U mag het nu al weten. Maar de zegen van die wetenschap zult u alleen ervaren
indien u de Schepper op zijn woord gelooft.
Samenvatting
1. De Schepper heeft zich een bepaald eindresultaat voorgenomen. Dat doel is
verborgen. Door te onderzoeken wat er in de wereld plaatsvindt, kan men het niet
ontdekken. Maar Hij heeft het bekend gemaakt aan wie in zijn Zoon geloven.
2. De finale van de wereldgeschiedenis betreft een bedeling, een vorm van bestuur
die nog toekomstig is.
3. Die bestuursvorm zal in de volheid der tijden in werking treden, dat wil zeggen:
wanneer alle beslissende momenten in het wereldgebeuren hebben plaatsgevonden
en er niets meer hoeft te worden gedaan om Gods beloften in vervulling te laten
gaan.
4. Alles wat in de hemelen en op de aarde is, dat wil zeggen: tronen,
heerschappijen, overheden en machten, elk schepsel dat over zijn medeschepselen
kan regeren, zal onder n hoofd samengebracht worden.
5. Door de Messias wordt God alles in allen. Elk schepsel zal in wat het denkt, voelt
en doet volledig op Hem gericht zijn en Hem van harte liefhebben en dienen.
Eindnoot: Voor dit artikel heb ik informatie ontleend aan: Adolf Ernst Knoch, All in All. The
Goal of the Universe, Canyon Country, CA: Concordant Publishing Concern, 1978; Joyce
Pollard, The Dispensation of the Fulness of Times, webdocument op rightwordtruth.com, en
Ernst Ferdinand Strter, Die Herrlichkeit des Leibes Christi. Der Epheserbrief. Bern: Siloah,
1952.
* * * * * * *